Sla inhoud over

Jurisprudentie

Hieronder vindt u de uitspraken van de beklagcommissies. Voor de uitspraken van de RSJ kunt u de jurisprudentiedatabank raadplegen.

Klager heeft “plasvrees”. In eerdere instellingen is dit als probleem erkend en is klager in staat gesteld om zijn urine op een alternatieve wijze af te geven. De kliniek weigert vooralsnog om op alternatieve wijze een UC af te nemen. De kliniek wil eerst de drie maanden diagnostiek afwachten. De kliniek wil zelf onderzoeken of de noodzaak voor een alternatieve werkwijze bestaat. Bij klager was echter sprake van een erkend probleem en werd al op een alternatieve manier urine afgenomen. Zonder toelichting valt niet in te zien waarom niet reeds tijdens de diagnostische fase voor klager een uitzondering kan worden gemaakt. Het doel van een UC is te weten of sprake is van gebruik van gedragsbeïnvloedende middelen. Dit wordt niet bereikt als de UC op de standaardwijze wordt uitgevoerd en tevens geen behandeling is ingezet om de angst te behandelen. Dit zal slechts leiden tot fictieve positieve uitslagen. Klager heeft alternatieve manieren voorgesteld om urine af te kunnen geven. Daaruit blijkt dat klager het graag wil oplossen. De beklagcommissie is van oordeel dat de beslissing om te weigeren de werkwijze van de UC, al dan niet tijdelijk, aan te passen niet redelijk en billijk was. De beklagcommissie verklaart de klacht gegrond en kent een tegemoetkoming van € 25,- toe.